De tijd gaat snel, ook voor ons in dit mooie land. Nog maar een paar weken. Het is maar goed ook, want vorige week gaf iemand aan dat hier de winter is begonnen. Het was die dag 34 graden boven nul. Maar toch kun je merken dat het weer invloed heeft op de natuur. Het heeft dit zomerseizoen alleen in de maand december tot half januari veel geregend. Normaal regent het tot eind februari en maart. Ook in dit land is de klimaatverandering voelbaar. In de Oostkaap is het nog veel erger. In de omgeving van Oudshoorn stoppen boeren, omdat er al voor het zesde jaar ernstig watertekort is. Het mooie groene gras van āons resortā begint al geel te worden. Er is een dam aangelegd en het meer daarachter zou drie tot vier meter diep moeten zijn om voldoende water te geven aan het wild tot en met september. Maar per dag zie je het water slenken. Ik vermoed dat het meer droog staat nog voor wij vertrekken. Eigenaar Nico heeft ons laten weten dat hij waarschijnlijk dieren moet opruimen.
Slangen
Nico heeft ons een paar keer meegenomen op safari. EĆ©n keer kwamen we een wel heel bijzonder dier tegen, een boomslang. Het dier is groen van kleur, ongeveer twee meter lang en zo dik als een stevige pols. Hij is zeer giftig, maar niet gevaarlijk hoor. Als hij zelf niet in gevaar komt, zal hij er altijd vandoor gaan. Zo niet, dan zul je na vergiftigd te zijn weinig kans van overleven hebben. Jaarlijks komen er in Zuid-Afrika altijd nog een aantal mensen om het leven door gif van een slang. Op een avond kroop er een slang over ons terras. We hebben er een foto van genomen en laten zien aan mensen hier en die bevestigden dat het een Black Mamba was. Ook deze slang is een zeer giftig. Dit was een jong beestje van een meter lang. Je kunt ze ook treffen van drie meter met een doorsnee tot zoān 15 cm. Het jonge dier probeerde bij ons in huis te komen onder een deur door. Die nacht hebben we wat ramen dicht getrokken, begrijpt u?! Onderweg naar Moloto hebben we een keer stilgestaan met de auto, omdat er een kleine Cobra overstak. De giraffen komen steeds dichter bij ons huis. Op een zondag waren het er 18 stuks.
Khothatsong
We zijn een dag op bezoek geweest bij Home Based Care Khothatsong in Soshanguve, een enorme township ten noorden van Pretoria. Ook dit project wordt ondersteund door Zuid-Afrika Mission | Verre Naasten. Onze begeleidster was Tineke uit Pretoria van de Vrije Gereformeerde kerk. Zij is als vrijwilligster verbonden aan dit project en geeft ook stuur en advies eraan. In grote lijnen komen in deze townships dezelfde zorgtaken voor als in communityās van KwaMhlanga (waar Nakekela werkt). Het team van Khothatsong bestaat uit acht personen en ook hier gaan ze met zān tweeĆ«n op pad. Vandaag was het een wat ongelukkige dag om de wijk in te gaan. Veel patiĆ«nten waren niet thuis omdat het loon uitbetaald wordt en veel mensen zijn aan het uitgeven. Het geld dat ze massaal pinnen heet grant-money.
We komen bij een Gogo, grootmoeder, van 97 jaar oud. Ze heeft tbc en neemt de medicijnen niet in. Ze simuleert alsof ze doof is als je haar iets vraagt, maar reageert wel als er onderling iets over haar gezegd wordt. Het is aandoenlijk, maar haar situatie is nijpend. Doordat ze geen medicijnen inneemt, kan ze niet naar een ziekenhuis i.v.m. besmetting. Eigenlijk weigert ze alle medewerking. Afgelopen week heeft ze al kruipend geprobeerd weg te komen. Ze is onder de afrastering van het erf door gekropen de weg op. De politie heeft haar weer thuis gebracht. Niet heel laat zijn we weer met Tineke naar Pretoria gereden en hebben we nog lekker gesels oor Suid Afrika, oor vakansies deur Namibia en Botswana en die verlede en ontwikkeling van vandag in dit baie mooi Suid Afrika.
Op pad met de careworkers
We zijn opnieuw een dag op pad geweest met Paulinah en Sibusiso van de Home Base Care van Nakekela. Net als enige tijd geleden, zijn dit dagen die veel indruk maken. Je komt bij de mensen in hun woonomgeving en in hun huizen. Je proeft de sfeer en ziet de ernst van wat er in de communityās aan de hand is. Vaak kunnen de careworkers een helpende hand bieden, maar niet altijd. Soms komt het door een stuk bureaucratie. Er zijn geen ID-kaarten of medicijnkaarten. En die hebben de workers wel nodig. Een sociaal werker heeft deze papieren vaak onder zich en heeft geen haast om er voor te zorgen dat de patiĆ«nt ze paraat heeft voor andere werkers. Communicatie daarover loopt hier moeilijk. Elkaar daarop wijzen is niet gemakkelijk, vermoedelijk heeft dat te maken met de hiĆ«rarchie.
We komen op een adres waar een mannelijk lid van de familie aanwezig is en die zo dronken is als een toeter. Waarschijnlijk omdat wij blanken zijn, moeten wij een advocaat voor hem regelen om hem een uitkering te laten krijgen. Hij heeft een werkconflict gehad i.v.m. een ongeluk. Het lukte om hem op een fatsoenlijke manier af te wimpelen. Later op de dag kwamen we hem weer tegen op een ander adres, weer met een halve liter bier aan de hals.
Op een ander adres is een zieke vrouw die op een matras op de vloer in de woonkamer ligt. Het is er niet fris in huis. De vrouw weigert gewassen te worden. De HBC-workers maken de ruimte waar ze ligt wel schoon en netjes, maar met haarzelf kunnen ze weinig beginnen. Er is een meisje van ongeveer vijf jaar in huis, duidelijk met het syndroom van Down. Ze wil steeds weer op de foto en dan terugkijken. We laten aan de aanwezigen een foto zien van onze kleindochter Lena. We betwijfelen of ze wel in de gaten hebben dat ook hun meisje Down heeft.
We komen in een huis waarvan de patiĆ«nte op dat moment aan het baden is. Er zit niks anders op dan te wachten, want om tussentijds naar een ander adres te lopen en weer terug kost te veel tijd. Sibusiso brengt Doetsje van haar situatie op de hoogte. De jonge vrouw heeft al meerdere tiaās, kleine hersenbloedingen, gehad en het praten gaat haar moeilijk af. Ze heeft al een paar keer aangegeven dat ze een einde aan haar leven wil maken. Eindelijk na 45 minuten komt ze tevoorschijn, het loont de moeite van het wachten. Het blijkt dat haar mentale gezondheid erg slecht is. Ze heeft een ernstige afasie en haar verstandelijke vermogen is vermoedelijk ook beperkt. Ze wilde iets uitleggen, maar geen van ons snapte wat ze wilde zeggen. Ze werd boos en ging heel hard en nog onduidelijker praten. Maar eindelijk viel het juiste woord. Ze wilde zo graag beter worden! En dat werd het maar niet! Doetsje knielde bij haar neer en pakte haar bij de hand en vertelde haar hoe knap ze is en hoe begrijpelijk het is dat ze boos wordt als iemand niet begrijpt wat je wil vertellen. Paulinah vertaalde het steeds in het Ndebele. Daarna doet Doetsje haar voor hoe ze ook iets kan vertellen en duidelijk kan maken. In ieder geval door rustig te blijven en zacht te praten. En als het niet lukt, even te stoppen, even nadenken en weer proberen. Ze begon er helemaal van te stralen. Even daarna was er weer een moment dat het haar niet lukte om iets te vertellen, te vragen. Uit eigen beweging paste ze toe wat Doetsje haar had voorgedaan. Ze slikte een paar keer en toen vroeg ze met een heel rustige zachte stem of wij voor haar wilden bidden. Sibusiso vroeg of ze het ook fijn zou vinden dat we eerst voor haar gingen zingen. Ze sprong op van blijdschap, Sibusiso zette in en ze zong mee dat het een lust was. Daarna deden wij allemaal ons gebed op de manier zoals dat hier gebruikelijk is, iedereen hardop zijn eigen gebed.
Het was ontroerend, niet alleen voor deze gebroken vrouw, maar voor ons allemaal.