Van alle bezochte scholen komen maandagmorgen de afdelingshoofden samen met ons bij elkaar voor een afsluitende minisymposium. De mensen van Genteng zijn al om drie uur van huis gegaan om ook aanwezig te kunnen zijn. Het is een heerlijk weerzien!
Directeur/bestuurder Markus Dominggus opent op zijn eigen ontspannen wijze de vergadering met een stukje Bijbellezen en we zingen samen “My Jesus, my Savior”.
We beginnen met een terugblik op de bezoeken! Allemaal kunnen we zeggen dat de bezoeken zinvol zijn geweest. Vanuit de Indonesische scholen wordt genoemd dat ze hebben ontdekt hoe bijzonder de samenwerking in de scholen is tussen moslims en christenen door dat wij ons hierover verwonderen.
Een ander punt is de rol van de regering. Op de scholen is hier ook regelmatig over gesproken. In Indonesiƫ wordt door de regering voorgeschreven welke boeken worden gebruikt, in Nederland kennen we vrijheid in lesmateriaal en methodieken. Voor beide geldt dat we toewerken naar doelen. Doelen in Indonesiƫ liggen met name op cognitief vlak. In Nederland hebben we ook sterk de focus op de sociale ontwikkeling en de metacognitie.
Verder is er een sterke lijn tussen kerk en scholen, vooral in Indonesiƫ.
Vanuit de Nederlandse kant benoemen we de passie die er te zien is voor God op de Aletheia-scholen. Er wordt samengewerkt in afhankelijkheid van God. Mooi zijn de momenten van worship samen met leerkrachten en kinderen. Iedereen kan en durft uitbundig te zingen, te bewegen. Het gebed is er bijvoorbeeld ook bij de fruitpauze.
We spreken door over de sterke focus van de Indonesische leerlingen op het aanbod van de leerkracht. Bij een les over het menselijk lichaam noemt ieder kind in het lokaal welk orgaan de leerkracht nu weer aanwijst. Klassikaal stampen wordt in Nederland weinig gedaan. Toch zien we dat kinderen hier samen veel plezier aan lijken te beleven.
Er wordt gevraagd naar de rol van de onderwijsinspectie in Nederland. De leerkracht moet de leerstof op drie niveaus aanbieden. En dat is pittig. In geval van een combinatiegroep zijn er zelfs zes niveaus! De interactie wordt belangrijk gevonden, waarbij de leerkracht zelf niet te lang aan het woord moet zijn. De inspectie houdt niet van leerkrachten die zich zelf graag horen praten.
Verder is veiligheid een belangrijk iets binnen de school. Wanneer een kind zich niet veilig voelt, kun je het leren wel vergeten. De inspectie gaat o.a. daarom ook het gesprek aan met de kinderen. Beide landen hebben ook te maken met een eindtoets en beide scholen zijn daar ook niet blij mee. Je kunt een kind niet in een getal vatten.
Het is lastig om beide onderwijssystemen met elkaar te vergelijken. Er zijn veel verschillen en toch kunnen we van elkaar leren. Zo lopen er in de Indonesische scholen veel meer (vak)leerkrachten rond. Dat kunnen we in Nederland in de verste verte niet evenaren. Er is in de Indonesische scholen meer persoonlijke aandacht voor het kind. Tegelijkertijd kent ons land meer onderwijservaring, vooral bij kinderen met ‘special needs’. Ook mogen we in Nederland niet mopperen over de lesmaterialen die die we hebben. En zo valt er wel meer te benoemen. Al pratende komen we tot de conclusie dat een uitwisseling op leerkrachtniveau in de toekomst wenselijk lijkt. Beide partijen zijn het daar wel over eens.
De slotconclusie mag dan ook luiden: wordt vervolgd!
Griselda, Rianne, Berna, Wim, Jannet en JosƩ
Sungguh kami bersyukur,atas kunjungan ini .
Kami bisa belajar banyak hal,kami bisa sharing satu dengan yang lain.
Kami bisa diskusi satu dengan yang lain tentang bagaimana proses.pembelajaran serta kebijakan kebijakan pemerintah masing masing.
Satu kerjasama yang baik.
Berharap kedepan terus berlanjut.
Sekali lagi terima kasih atas kunjungannya.
Selamat melayani,selamat berkarya di ladang Tuhan.
Tuhan Yesus memberkati